SITVS ERVDITIONIS CLASSICAE CVLTAEQVE


Lijst van koningen van Rome



nr. geboortenaam koningsnaam data geregeerd    wapen bijzonderheden
DE ZEVEN KONINGEN VAN ROME
    1 Romulus Romulus * 24 maart 771 , † 5 of 7 juli 716 21 april 753 v.C. - 5 of 7 juli 716 Amulius had zijn broer Numitor, de rechtmatige koning van Alba Longa, gevangen genomen en diens dochter Rea Silvia tot Vestaalse Maagd gemaakt; toen deze in het bos water wilde halen voor haar mede-Vestalinnen, werd ze verkracht door de god Mars; negen maanden later beviel ze van een tweeling, Romulus en Remus; de furieuze Amulius liet de baby’s in een voederbak in de Tiber gooien, waar ze aanspoelden en door een wolvin gevonden en gezoogd werden; later ontfermde de herder Faustulus zich over hen; toen ze 18 waren, stichtten ze op de Palatijn een nederzetting die ze Rome noemden; de broers kregen ruzie en Romulus sloeg zijn broer dood; de belofte van asiel - vrijpleiten van rechtsvervolging - trok allerlei mannen van bedenkelijk niveau aan, zodat de stad in ieder geval groeide als kool, maar daarmee had de jonge stad nog steeds geen vrouwen; om toch aan vrouwen te komen, roofden de Romeinen de dochters en vrouwen van hun buren, de Sabijnen; onder het opperbevel van hun koning Titus Tatius, de vader van Romulus’ echtgenote Hersilia, trokken de Sabijnen ten strijde; dankzij het verraad van de Vestaalse Maagd Tarpeia drongen ze door tot het Capitool, maar door tussenkomst van de ex-Sabijnse, nu Romeinse vrouwen werd er vrede gesloten; Tarpeia werd door de Sabijnen gedood en Titus Tatius werd tot zijn dood, vijf jaar later, medekoning; Romulus verdween tijdens de voorbereidingen van een veldslag op geheimzinnige wijze in een wolk en Romeinen vereerden hem verder als de beschermgod van de stad Quirinus; zijn vrouw Hersilia werd na haar al even geheimzinnige tenhemelopneming als Hora of Horta Quirini vereerd als beschermgodin van het huwelijk
    2 Numa Numa Pompilius * ± 753 , † 673 715 - 672 De tweede koning van Rome was volgens de legende degene die de religieuze kalender vaststelde en het college van de Vestaalse Maagden oprichtte; Numa was een wijze Sabijn uit de stad Cures, die na een interregnum dat volgde op de mysterieuze verdwijning en apotheose van Romulus door de Latijnen en Sabijnen als koning werd gekozen; tijdens zijn regering werden er geen oorlogen gevoerd; zijn beleid was erop gericht om de ruwe zeden van de eerste Romeinen te verzachten door wetgeving en godsvrucht; na zijn dood werd hij begraven aan de voet van de Janiculum, samen met een exemplaar van zijn wetten; toen beide kisten in 181 v.C. na een zware regenbui bloot kwamen te liggen, bleek dat het lijk van de koning geheel vergaan was, maar dat de boekrollen intact waren; ze werden daarop op het Forum Romanum verbrand
    3 Tullus Tullus Hostilius * ? , † 641 672 - 640 Tullus Hostilius was volgens de traditie de derde koning van Rome en net als Romulus een Romein en even oorlogszuchtig: uit angst dat zijn onderdanen tijdens de regering van Numa Pompilius alle roem hadden verloren die ze onder Romulus hadden vergaard, zocht hij naar een reden om zo spoedig mogelijk een oorlog te ontketenen om te bewijzen dat zijn soldaten nog wel degelijk konden vechten; toen een ruzie tussen een Romein en een Albaan aangaande diefstal uit de hand dreigde te lopen, startte Tullus een oorlog tegen Alba Longa; volgens de legende was de koning van die stad kort daarvoor zonder opvolger overleden; zonder al te veel bloedvergieten werd de oorlog in het voordeel van Rome beslecht door het duel tussen de drielingen de Horatii en de Curiatii; Tullus Hostilius bouwde op het Forum Romanum de Curia Hostilia, het senaatsgebouw dat de voorloper was van de latere, nog bestaande Curia Iulia; hij zou ook de sella curulis (een erezetel voor hoogwaardigheidsbekleders, waarvan de oorsprong terugging op de Etrusken); hij voerde nieuwe wetten in, maar verwaarloosde de godsdienstige wetten van zijn voorganger, waarna de goden als straf de pest over Rome uitstortten, die ook de koning besmette en toen hij het lef had om zich tot de goden te richten, was Jupiter zo verontwaardigd dat hij Numa Pompilius en zijn hele huis verbrandde met zijn bliksemschicht
    4 Martius
of
Marcius

kleinzoon van Numa Pompilius
Ancus Martius
of
Ancus Marcius
* ? , † 616 640 - 616 De vierde koning van Rome, Ancus Martius, was weer een Sabijn en bovendien een kleinzoon van Numa Pompilius; volgens de historicus Festus (fl. vierde eeuw n.C.) in zijn „Breviarium Rerum gestarum populi Romani” had Martius zijn voornaam te danken aan zijn kromme arm; na de vurige dood van Tullus Hostilius benoemde de Romeinse senaat een interrex, die op zijn beurt een volksvergadering opriep die Ancus Martius/Marcius als nieuwe koning verkoos; een van zijn eerste daden als koning was het opdracht geven aan de pontifex maximus om de teksten m.b.t. uitvoering van openbare regligieuze ceremoniën van Numa te kopiëren, zodat de reglieuze voorschriften niet langer verwaarloosd of onjuist uitgevoerd zouden worden; in tegenstelling tot zijn opa voerde hij wel oorlogen, o.a. tegen de Latijnen die zich op de Aventijn hadden gevestigd; de Latijnse steden Politorium (in de buurt van Lanuvium) en Medullia en de dorpen Ficana en Tellenae werden geplunderd en vernield; veel Latijnen werden naar Rome meegenomen en konden daar als Romeinse burgers verder leven aan de voet van de Aventijn; Ancus nam de Ianiculum op in de stad: daarmee werd voor het eerst een stuk grond op de andere oever van de Tiber deel van Rome; hij bouwde een houten brug, de Pons Sublicius, over de rivier en omgaf het nieuw verworven gebied met een muur; hij bouwde ook de eerste gevangenis van Rome, het naar hem genoemde Tullianum, dat in de Middeleeuwen de naam Mamertijnse gevangenis kreeg; hij breidde het Romeinse grondgebied zelfs uit richting zee door de aanleg van de haven van Ostia
    5 Lucumo Lucius Tarquinius Priscus * ? , † 578 616 - 578 Volgens de legende was Lucumo de zoon van Demaratos, een uit Korinthe afkomstige Griek, die zich in de Etruskische stad Tarquinii had gevestigd, en een Etruskische; Lucumo was ervan overtuigd dat het Etruskische stadje hem als zoon van een immigrant onvoldoende carrièremogelijkheden bood, dus hij trok samen met zijn vrouw Tanaquil naar de snel groeiende stad Rome; hij wist zich al snel geliefd te maken bij koning Ancus Martius/Marcius en toen deze stierf, slaagde de door Livius „Lucumo” (hetgeen gewoon een verbastering van het Etruskische woord voor koning is) genoemde man met zijn inmiddels gelatiniseerde naam Lucius Tarquinius erin de zonen van Ancus Martius/Marcius aan de kant te schuiven, uiteraard tot hun ongenoegen, en zelf koning te worden; hij stond te boek als een machtig en bekwaam heerser, al nam hij het niet altijd even nauw met de plaatselijke religieuze voorschriften; hij zou degene zijn die Etruskische gebruiken als gladiatorengevechten, wagenrennen, triomftochten en auspicia (waarzeggerskunst, o.a. aan de hand van vogelschouw) en hij zou begonnen zijn met de aanleg van de eerste ommuring van de stad, die onder zijn opvolger Servius Tullius werd voltooid, de Cloaca Maxima hebben aanlegd en het Circus Maximus hebben laten bouwen; ook de bouw van de Tempel van Jupiter Optimus Maximus op het Capitool wordt aan hem toegeschreven, hoewel de voltooiing ervan pas onder zijn zoon Tarquinius Superbus plaatsvond; ook voedden Tarquinius Priscus en Tanaquil een kind, dat of van een door de Romeinen overwonnen koningsgeslacht afstamde of het kind van een huisslavin was, op als hun eigen kind; toen het hoofd van het slapende jongetje, Servius Tullius, eens werd omgeven door een kroon van vlammen, maar de jongen volkomen ongedeerd bleef, vatte Tanaquil dit op als een voorteken van de goden en adopteerde Servius Tullius; toen Tarquinius Superbus bekend maakte dat hij dit „koekoeksjong” als zijn opvolger had aangewezen, in het nadeel van zijn eigen zonen Arruns en Lucius, werd hij vermoord door de wraakzuchtige zonen van Ancus Martius/Marcius, die ten tweeden male het koningschap aan hun neus voorbij zagen gaan; door het koelbloedige optreden van de geraffineerde Tanaquil werden hun plannetjes voor een machtsgreep verijdeld: zij hield de dood van haar man enkele dagen verborgen, zodat Servius Tullius intussen zonder tegenstand plaats kon nemen op de troon
    6 Servius Tullius

adoptiefzoon van L. Tarquinius Priscus
Servius Tullius * ? , † 534 578 - 534 Servius Tullius voltooide de bouw van de eerste stadsmuur van Rome, waarmee zijn voorganger, Tarquinius Pricus, was begonnen; hij verdeelde het grondgebied van Rome in in 32 tribus (bestuurlijke disctricten): zes voor de stad en 26 voor het buitengebied; ook zou hij Romeinse burgers in centuriae (vermogensklassen) hebben ingedeeld, waardoor het plebs politieke rechten kreeg, zij het op beperkte schaal: stemrecht in de volksvergadering (comitium) werd voortaan uitgeoefend per centuria, waarvan er in totaal 193 waren: 98 voor de rijkste burgers en 95 voor de overige burgers; dat lijkt oneerlijk, maar het betekende wel dat de rijken 98 legereenheden moesten leveren en omdat zij dus het meeste moesten betalen, hadden zij ook recht op de meeste politieke inspraak; omdat hij Tarquinius’ zonen Arruns en Lucius had verdrongen, wilde Servius Tullius zich met hen verzoenen: hij gaf hun zijn eigen dochters ten huwelijk: de oudste, Tullia maior, was vriendelijk en zachtaardig, en die huwelijkte hij uit aan Lucius, die trots en opvliegend was; de jongste, Tullia minor, was boosaardig en ambitieus en die gaf hij aan de oudere broer Arruns, die bescheiden en aardig was: op deze manier hoopte hij dat Lucius een beter mens zou worden en dat Tullia minor wat nederigheid zou leren; uiteraard pakte dat falikant verkeerd uit: Tullia minor knoopte een relatie aan met haar zwager Lucius en vervolgens vermoordden ze allebei hun „softe” echtgenoten Arruns en Tullia maior; de foute Lucius slaagde erin de senaat op te zetten tegen koning Servius Tullius, die met harde hand uit de vergadering werd verwijderd; in de straten van Rome werd de arme koning afgemaakt; om er zeker van te zijn dat hij echt helemaal dood was, reed Tullia minor zelfs met haar wagen over het lijk van haar vader heen; dat gebeurde op de plek waar nu de overdekte trappen die de Piazza San Pietro in Vincoli met de Via Cavour verbinden, aangelegd zijn; eeuwen later woonde in het palazzo boven deze trappen een zekere Vannozza Caetani met haar kinderen Cesare en de schurkachtige Lucrezia Borgia, beiden kinderen van paus Alexander VI; de trappen heten officieel Scalinata dei Borgia, maar de officieuze naam is sinds het beestachtige gedrag van Tullia minor vicus scleratus („misdaadsteeg”)
    7 Lucius Tarquinius Superbus

zoon van L. Tarquinius Priscus
Lucius Tarquinius Superbus * ? , † 495 534 - 24 februari 509 Lucius Tarquinius Superbus voerde een waar schrikbewind: hij begon alvast met het ter dood veroordelen van alle senatoren die zijn schoonvader gesteund hadden; hij liet ook de wetten van Servius Tullius nietig verklaren en hij zorgde ervoor dat de senaat - wat daarvan over was tenminste - niet meer bijeenroepen; hij liet de bezittingen van rijke patriciërs in beslag nemen en het arme deel van de bevolking zo hard werken dat ze nauwelijks nog van slaven te onderscheiden waren; wie het waagde zich kritisch uit te laten, werd terechtgesteld; toen zijn zoon Sextus als gevolg van een uit de hand gelopen feestje het vrome meisje Lucretia, de vrouw van zijn neef Tarquinius Collatinus, was de maat vol; onder leiding van een ver familielid, Lucius Iunius Brutus, werd Tarquinius Priscus afgezet en de toegang tot de stad ontzegd; de dag waarop dat gebeurde, 24 februari, werd een nationale feestdag; Tarquinius vluchtte naar de Etrusken en wist hun koning Porsenna over te halen Rome de oorlog te verklaren; dat mislukte en vervolgens deed hij hetzelfde met de Latijnen; de Romeinen verdedigden hun pas verworven vrijheid echter tot twee maal aan toe met hand en tand en Tarquinius was gedwongen van zijn plan af te zien en vluchtte naar Cumae, waar hij jaren later overleed; vanaf dat moment kozen de senaat en het volk van Rome (SPQR staat voor Senatus PopulusQue Romanus) elk jaar twee staatshoofden met gelijke macht, de consuls: de Romeinse Republiek was geboren; de eerste vier koningen van Rome zijn vermoedelijk het product van legendes, maar de laatste drie, de Etruskische Tarquinii, hebben wel degelijk bestaan, ook al zijn veel van de verhalen over hen niet allemaal even betrouwbaar; zo ook het verhaal dat de Sibille van Cumae Tarquinius Superbus negen boeken met voorspellingen voor veel geld aan zou hebben geboden; toen Tarquinius weigerde, verbrandde zij er drie en bood de overgebleven zes voor de oorspronkelijk prijs aan; toen Tarquinius opnieuw weigerde, verbrandde zij er nog drie en bood de laatste drie ook weer aan voor de oorspronkelijke prijs; Tarquinius gaf eindelijk toe en liet de boeken bewaren onder de Tempel van Jupiter op het Capitool begraven



Zeven koningen? Nee hoor: in de fanshop van AS Roma weten ze het zeker: er is ook een achtste koning van Rome!




Naar de Situs Educationis Classicae Cultaeque.
Naar de Situs Classicus.


Google
www op deze website