C O P I E


Amsterdam 29 Juli 1949.




Amice 1,

            Ik ontvang je brief van 28 dezer en antwoord direct. Je wilt graag, dat de Gil-zaak tijdig vóór 31 December afgedaan is. Dit lijkt mij wel mogelijk, óók nu het Bijzonder Gerechtshof in den Haag in liquidatie is (Ik wist dit niet, hier is alles nog in volle werking met Lages etc.)
            Wij zullen eerst moeten proberen de zaak van den Hout afgeinstrueerd te krijgen en wel bij voorrang. Die voorrang kan gemotiveerd worden:
1ede Gil is een geruchtmakende affaire geweest in het einde van de bezetting; het blad had op het laatst een enorme oplaag, werd door duizenden jongeren gelezen, had een "brievenbus", waarin druk gedebatteerd werd, ook over de vraag of het blad "goed" of "niet goed" was en heeft veel stof doen opwaaien.
2evan den Hout moet zich voor twee colleges verantwoorden: het Hof en de Raad van Beroep en wel terzake van dezelfde feiten. De behandeling voor het Hof is de belangrijkste. Van den Hout heeft drie en een half jaar gezeten en is toen vrijgelaten op advies van den raadsheer-commissaris, "omdat hij toch niet veel meer zou krijgen". Zo kan de zaak niet eindigen. Van den Hout beweert onschuldig te zijn. Hij heeft er recht op, dat daarover een beslissing gegeven wordt door het Bijzonder Gerechtshof.
3eVan den Hout is geen redacteur van de Gil geweest: dat waren Thijssen en Jonker. Hij is dus aansprakelijk te achten voor de artikelen, die hij zelf geschreven heeft. Daaromtrent is hij nooit goed gehoord. Hij ontkent de feiten en heeft voor de Commissie voor de Perszuivering gezwegen. Wanneer Ge de uitspraak van de Commissie goed leest, zult Ge zien, dat de bewijsconstructie niet sterk is. Het is dus van belang, dat de zaak afgeinstrueerd wordt. De Commissie heeft vrijwel geen getuigen gehoord.
            Wanneer de instructie nu in October ‘49 afloopt, is het nog tijdig genoeg. Wij kunnen dan met de Gil eindigen. Dit blad was in de bezetting al een uitzonderlijk blad en ook bij de berechting toont het dit karakter.
            Mijn verzoek is dus: wil moeite doen uit te vinden wie de instructie afmaakt en vervolgens voorrang zien te verkrijgen.
            Ook deze brief wilt Ge wel als privé beschouwen.
            Desnoods ben ik bereid voor bespreking over te komen doch dan in de 2e helft van de volgende week. Daarna hoop ik naar het buitenland te vertrekken.


Gegroet t.t.


w.g. L. van Lookeren Campagne.




[1]Wie deze amicus is, is helaas onbekend, evenals de exacte rol van deze Van Lookeren Campagne.