Duitse roodhuiden

Maarten van Bracht 1


Blickpunkt
ZDF, 13.02-13.30 uur

Van Karl May, schrijver van reisverhalen en avonturenromans, zijn alleen al in Duitsland bijna honderd miljoen boeken verkocht. Hij schiep een wereld waarin hij zelf ging geloven (‘Ik bén Old Shatterhand’) en die hij als de werkelijkheid presenteerde, maar in feite waren alle exotische verhalen gebaseerd op zijn huisbibliotheek. Pas in zijn nadagen reisde hij zelf naar de locaties van zijn avonturen, de Oriënt en de Verenigde Staten.


Hartmut Felber 2, Gojko Mitic 3 en Joe Dieke 4 rond het vuur in de tipi.
Foto : ZDF / Micha Bojanowski.

Karl May (1842-1912) werd geboren in het Ertsgebergte, oostelijk Duitsland, maar in de DDR waren zijn boeken maar mondjesmaat beschikbaar en mochten de uit de jaren dertig stammende Karl-May-Festspiele, die toen tienduizenden toeschouwers trokken, niet meer worden gehouden. Het Karl-May-museum in Radebeul werd herdoopt in ‘Indianermuseum’. May was een fantast en later een religieus pacifist, dus de DDR-communisten zullen hem wel een ‘burgerlijk escapist’ of zoiets gevonden hebben. Ze waren natuurlijk bang dat hun onderdanen door het lezen van Karl May zin zouden krijgen om zelf naar verre oorden te reizen. Dat was hun dan ook verboden.
Misschien is dat de verklaring voor het feit dat in de DDR een ware indianencultus heeft bestaan, en Defa-verfilmingen met Gojko Mitic, het Oost-Duitse antwoord op Pierre Brice 5 (Winnetou), zo populair waren. Indianenverenigingen telden duizenden leden die uitgedost als indianen graag een weekend in de buitenlucht doorbrachten en in wigwams overnachtten. Ze werden door de Stasi in de gaten gehouden en menig opperhoofd was een Stasi-infiltrant. Toch viel zulke ‘stammen’ in beginsel niets te verwijten, want waren de indianen niet de eerste slachtoffers van het Amerikaanse imperialisme? Ideologisch zat het dus wel snor met deze hobby, die een veilige ontsnapping bood uit een repressief systeem. Na het opdoeken van de DDR, zo blijkt uit de Blickpunkt-reportage ‘Das rote Reservat’, zouden sommige van deze enthousiastelingen eindelijk echt naar Amerika afreizen om daar de vredespijp te roken met hun bloedbroeders.


[1]In: VPRO-gids, nr. 20 (2010); bij het TV-programma van zondag 16 mei 2010.
[2]Hartmut Felber (* ?) is een Duits acteur schrijver, o.a. van „Vom Gefühl eine Sektflasche zu sein”, amateur-etnoloog en voorzitter van de indianenclub „Mohawk” in Hohen Neuendorf.
[3]Gojko Mitić (Servisch: Гојко Митић, * 13 juni 1940) is een Joegoslavisch (Servisch)/Duits acteur en regisseur. Zijn bijnaam was en is „Chefindianer der DDR” omdat hij indertijd als tegenhanger van Pierre Brice in de Oost-Duitse indianenfilms gold). Hij begon zijn internationale filmcarrière echter met bijrollen in vier van de grote Karl May-films uit de jaren ’60: „Old Shatterhand” (een naamloze Apachedanser), „Winnetou 2. Teil” (Weißer Rabe), „Unter Geiern” (Wohkadeh) en „Winnetou 3. Teil” (naamloze Jicarillakrijger), voor hij door de Oost-Duitse filmmaatschappij DEFA werd benaderd voor grote rollen in „Die Söhne der großen Bärin”, „Chingachgook, die große Schlange”, „Spur des Falken”, „Weiße Wölfe”, „Tödlicher Irrtum”, „Osceola”, „Tecumseh”, „Apachen”, „Ulzana” en „Blutsbrüder”. In 1988 waagde de DEFA zich aan een verfilming naar Karl May: „Präriejäger in Mexiko” (naar de romans „Benito Juarez” en „Trapper Geierschnabel” en daarin speelt Mitić de rol van Bärenauge. Jarenlang speelde hij vervolgens mee bij de Karl-May-Spiele in Bad Segeberg. In 2016 keert hij terug op het scherm als Intschu-tschuna in de RTL-tv-film „Winnetou – Eine neue Welt”.
[4]Joe Dieke: ?
[5]Pierre Brice (artiestennaam van Pierre Louis Baron le Bris, * 6 februari 1929 , † 6 juni 2015) was een Frans acteur, die in maar liefst elf van de zeventien grote Karl-May-verfilmingen in de jaren ’60 de rol van Winnetou speelde: „Der Schatz im Silbersee” (1962), „Winnetou, 1. Teil” (1963), „Old Shatterhand” (1964), „Winnetou, 2. Teil” (1964), „Unter Geiern” (1964), „Der Ölprinz” (1965), „Winnetou, 3. Teil” (1965), „Old Surehand, 1. Teil” (1965), „Winnetou und das Halbblut Apanatschi” (1966), „Winnetou und sein Freund Old Firehand” (1966) en „Winnetou und Shatterhand im Tal der Toten” (1968). Voorts speelde hij nogmaals de rol van Winnetou in de tv-series „Mein Freund Winnetou” (1980) en „Winnetous Rückkehr (1998) en trad hij een aantal malen op als gastacteur (uiteraard eveneens in de rol van Winnetou) bij de Karl-May-Spiele van Elspe en Bad Segeberg.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website