Studie rond legendarische schrijver nog lang niet afgerond

Karl May-genootschap herdenkt ‘Vredesrede’


Ruud Kamphoven 1

Wie Karl May zegt, zegt Winnetou en Old Shatterhand en denkt terug aan de talloze spannende avonturen van beide bloedbroeders. May heeft er boeken over volgeschreven. In Nederland is hij voornamelijk bekend als de schrijver van verhalen over de Indianen in Amerika, en over de belevenissen van Kara Ben Nemsi en Hadji Halef Omar in het Midden-Oosten. Maar wie zich in de schrijver verdiept, komt al gauw tot de ontdekking dat hij veel meer heeft gedaan. Zelfs het Karl May Gesellschaft, met bijna 1300 leden over de hele wereld, weet er nog lang niet alles van.

Vijfenzeventig jaar geleden hield Karl May in Wenen op uitnodiging van de Academische Bond voor Literatuur en Muziek een lezing over zijn werk. Dat liep uit op een hartstochtelijk pleidooi voor de wereldvrede, waar het publiek enthousiast op reageerde. Op straat, in de stromende regen, werd hij toegejuicht. Karl May vatte daar kou en stierf veertien 2 dagen later aan een hartverlamming. Het Karl May-Genootschap herdenkt deze Vredesrede en zijn dood morgen, 19 november, tijdens een internationaal congres in Wenen. Het thema is: Karl May en de vrede.
Zes jaar geleden meldde Ines Stassen 3 uit Woerden zich als lid van het Genootschap. Ze zat al bij de Indianenvereniging Kiva die zich bezighoudt met de strijd van de Indianen voor hun rechten. De belangstelling was er dus, maar Ines wist niet dat zoveel mensen zich wetenschappelijk bezig houden met de schrijver Karl May en zijn werk.

Geen echte fanclub

„Het is geen echte fanlub, en op zo’n congres heerst: dan ook geen hoera-stemming. Het zijn nogal moeilijke lezingen. Maar je leert andere mensen kennen, je krijgt nieuwe ideeën, je hoort andere meningen. In Regensburg, in 1983, maakte ik kennis met een Amerikaan die heel ver weg nog familie van Karl May was.”
Wat doet dat Karl May Geselschaft nou eigenlijk? Ines: „Het gaat erom het literaire werk van Karl May te onderhouden en te bewaren. En daarmee wordt met name het werk bedoeld dat hij na 1900 geschreven heef, niet zozeer de Winnetou-boeken. In dat werk heeft hij bepaalde ideeën verwerkt over de maatschappij en de wereldvrede. Het zijn vaak surrealistische symboolromans, waarin May zijn kritische maatschappijvisie verwerkte. De bekendste zijn ‘Ardistan en Dzjinnistan’ en ‘En vrede op aarde’, boeken die niet in het Nederlands vertaald zijn.” 4
„Verder is het Genootschap bezig met onderzoek naar en documentatie over leven en werk van Karl May. Bovendien willen we ervoor zorgen dat Karl May en zijn werk een gepaste plaats krijgen in de literatuur. Nog vaak wordt hij afgeschilderd als een charlatan en een oplichter die ook nog boeken geschreven heeft. Maar hij is eerder een schrijver die een paar misstappen begaan heeft die zijn leven dan wel aanzienlijk beïnvloed hebben, maar waardoor de kwaliteit van zijn schrijverschap niet is aangetast.”
Karl May is inderdaad op jonge leeftijd twee keer veroordeeld vanwege vermeende diefstal en oplichterij 5. Hij mocht daarna zijn beroep – onderwijzer – niet meer uitoefenen. In de gevangenis las hij alles wat hij te pakken kon krijgen en begon te schrijven. Toen de boeken over Old Shatterhand en Winnetou – louter fantasie – later enorm succes kregen, vereenzelvigde hij zich zo met zijn romanfiguren dat hij op een gegeven moment zei: „Ik ben Old Shatterhand zelf”. Zijn populariteit werd enorm. Hij liet zich zelfs in de uitmonstering van Old Shatterhand fotograferen, met de zilverbuks van Winnetou in de hand. Later werd hij daarvoor, en voor zijn verzwegen gevangenisverleden, in de pers aan de schandpaal genageld. Zijn leven verzandde in processen.
„Het lijkt nu, in deze tijd, wel of er een revival van Karl May aan de gang is. De belangstelling voor zijn werk, zijn boeken, wordt steeds groter”, vindt Ines. „Frappant eigenlijk: als je zegt dat je met de boeken van Karl May bezig bent, hoor je altijd dat de mensen ze gelezen hebben, of nog lezen.”
Het Karl May-Genootschap werd in 1969 opgericht. Elk jaar worden alle publicaties over Karl door het genootschap in een jaarboek – vaak meer dan 300 bladzijden dik – gebundeld: studies over leven en afkomst, zijn tijd in de gevangenis, zijn reizen. Onderzoek naar het ontstaan van zijn werken, naar de colportageromans (romans in afleveringen in tijdschriften die langs de deur verkocht werden), naar de informatiebronnen die hij gebruikte (hij had een ongelooflijke kennis van zaken en zijn beschrijvingen kloppen vrijwel altijd).

Psychische klap
Ines: „Neem nou dit als voorbeeld: op een gegeven moment krijgt Karl May wroeging: hij heeft eigenlijk zijn lezers belazerd door zich voor te doen als Old Shatterhand. Maar het was voor hem een manier om zijn verleden te verbergen. Dat knaagde innerlijk aan hem op zijn reis naar het Midden-Oosten. Daar moet iets gebeurd zijn, want May kwam er psychisch totáál anders van terug. Waarschijnlijk heeft hij op Sumatra een psychische klap gehad, waar hij weer bovenop gekomen is. Maar niemand kan dat bewijzen. Er zijn aanwijzingen voor in het boek ‘Und Frieden auf Erde’. Dat gaat over een getikte missionaris die een tempel in brand steekt. De plaatselijke bevolking neemt hem gevangen maar laat hem weer vrij omdat hij geestelijk in de war is. Daarna komt de man tot inzicht. Is het Karl May zelf? Wat is fantasie en wat is werkelijkheid? Dat weet je bij Karl May namelijk nooit …”
Genoeg werk aan de winkel dus, voor het genootschap. „De stukken van al die processen die hij gevoerd heeft, zijn nog niet eens onderzocht. Wie weet wat daaruit nog tevoorschijn komt.”
Het negende wetenschappelijk-literair congres over Karl May gaat vergezeld van diverse exposities (Karl May-verzamelaars en hun rariteiten, Karl May in de filatelie, Karl May in de film) en er is een Diorama over Radebeul waar Karl May gestorven is, gemaakt door de Nederlandse ‘fan’ Maarten van Diggelen 6. Tijdens het congres wordt dr. Franz Cornaro 7 tot erelid van het genootschap uitgeroepen. De feestrede van dr. Hein Stolte 8 gaat over Karl Mays boek ‘Ardistan und Dschinnistan” en zijn wereldvredesgedachte. Het genootschap zetelt in Berlijn. Voorzitter is prof. dr. dr. h.c. Claus Roxin 9.


Voorpagina van de ‘Deutscher Hausschatz’ met een verhaal van Karl May en een foto van de schrijver, uitgedost als Old Shatterhand.




[1]In: Brabants Dagblad, 18 november 1987.
[2]Acht.
[3]Ines Stassen (voluit: Ines Stassen-Driessen) publiceerde verscheidene artikelen over Karl May, o.a. in De Kiva en een boekje over Karl May in opdracht van het NBLC: „Lezen over, nr. 3 (Karl May)”.
[4]Deze boeken zouden pas in de eenentwintigste eeuw vertaald worden door Klaas van IJken en Jan Willem van der Jagt.
[5]Niet twee, maar drie keer: vanwege de vermeende horlogediefstal zat hij van 8 september tot 20 oktober 1862 in de Bretturm in Chemnitz gevangen; vanwege oplichting (en „echte” diefstallen) moest hij van 14 juni 1865 tot 2 november 1868 in Schloss Osterstein in Zwickau en van 3 mei 1870 tot 2 mei 1874 in Waldheim brommen. Jaren later moest hij nog drie weken in het arrestantenhuis in Ernstthal uitzitten wegens het onbevoegd uitoefenen van een overheidsfunctie om de dood van de oom van zijn eerste vrouw te onderzoeken.
[6]Maarten van Diggelen (* 26 mei 1928 , † 23 mei 2020) was een Nederlandse Karl May-verzamelaar en -kenner. Van zijn hand zijn o.a. de maquettes van het geboortehuis van Karl May en Villa „Shatterhand”, die in het Karl-May-Haus in Hohenstein-Ernstthal te zien zijn.
[7]Dr. Franz Cornaro (voluit: Dr. Franz Freiherr von Cornaro, * 10 augustus 1897 , † september 1989 in Wien) was een van de nestors van het onderzoek naar Karl May; op 22 maart 1912 was hij aanwezig bij Karl Mays „Empor ins Reich der Edelmenschen!”-rede in Cornaro’s geboortestad Wenen; in 1969 was hij een van de oprichters van de Karl-May-Gesellschaft en vanaf 1987 was hij erelid daarvan. Hij was zo’n beetje de enige die artikelen over Karl publiceerde in de Karl-May-Jahrbücher (die tussen 1918 en 1933 verschenen) én in de Jahrbücher der Karl-May-Gesellschaft (die vanaf 1970 verschenen); voorts publiceerde hij tientallen artikelen in de Mitteilungen der Karl-May-Gesellschaft).
[8]Heinz Stolte (voluit: Prof. Dr. phil. habil. Heinz Stolte,* 22 maart 1914 , † 2 maart 1992) was een Duitse literatuurwetenschapper en een van de eerste Karl May-onderzoekers. In 1936 was hij de eerste persoon ter wereld die promoveerde op Karl May; zijn dissertatie was getiteld „Der Volksschriftsteller Karl May. Beitrag zur literarischen Volkskunde” en verscheen in een leesbaarder versie ook bij het Karl-May-Verlag in Radebeul (in 1979 verscheen ook nog een herdruk).
[9]Claus Roxin (voluit: Prof. Dr. Dres. h.c. Claus Roxin, * 15 mei 1931) is een Duitse jurist en rechtsgeleerde; hij geldt als een van de invloedrijkste dogmatici van het strafrecht en niet minder dan 22 universiteiten hebben hem een eredoctoraat verleend. Van 1963 tot 1971 was hij hoogleraar aan de Georg-August-Universität in Göttingen en van 1971 tot zijn emeritaat in 1999 bekleedde hij diezelfde functie aan de Ludwig-Maximilians-Universität in München. In diezelfde periode, 1971 tot 1999, was hij bovendien voorzitter van de Karl-May-Gesellschaft (nadien erevoorzitter).



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website