MAAR DAT ZIET U NIET …

Ali de Vries 1

Wist u dat Winnetou tienerliedjes zingt? En dat de schurk uit uw spannende Wild West film in werkelijkheid een zeer vredelievende figuur is? SPIEGEL-redactrice ALI DE VRIES ontmoette uw helden in hun heel normale en menselijke gedaanten in het Joegoslavische Split, bij de opnamen van de vijfde Karl Mayfilm „Der ÖIprinz”.



Mogen we even voorstellen?
Van boven naar beneden: de vriendelijke Winnetou (Pierre Brice
2), de charmante Old Surehand Stewart Granger 3, schurkachtige oliebaron Harald Leipnitz 4, een bedreigde Frau Ebersbach (Antje Weisgerber 5) en de twee gelieven Lizzy en Richard Forsythe in de personen van Macha Meril 6 en Mario Girotti 7.


Het verhaal, zoals u dat binnenkort in de cinema opgediend kunt krijgen, is een relaas vol spanning en dreiging. Zo Wild-Westerig als maar enigszins mogelijk is. Compleet met geheimzinnige Indianen, booswichten, stoere mannen, knappe vrouwen en lieve kinderen.
Het is de story van een „oliemagnaat”, die niets meer en niets minder dan een schurk is. Hij bezit geen stukje land en geen druppel olie, maar dit belet hem niet om met veel gewichtigdoenerij naar een rijke bankdirecteur te stappen om hem zijn „olieland” te verkopen. Hij heeft wel een stuk grond op het oog, dat hij als „bron” kan inrichten, maar zover komt het nooit, omdat Winnetou, Old Surehand en een groepje pioniers hem de voet dwars zetten. De groep trekkers wil naar hetzelfde gebied. Niet om er olie te boren maar om er zich te vestigen. Natuurlijk komen er moeilijkheden. Er vallen schoten, er worden mensen gewond en gedood en het zou er voor de brave mensen slecht hebben uitgezien, als Old Surehand en Winnetou niet hadden geholpen. Zij weten tenslotte de „oliebaron” en zijn bandieten te ontmaskeren en dan kunnen de verschrikte trekkers zich rustig in het gekozen gebied vestigen.
Een aaneenschakeling van boeiende avonturen en gevechten-met-redding-op-het-nippertje. U gaat dan ook pas weer gemakkelijk in uw stoel zitten wanneer de schurken onschadelijk gemaakt zijn.

Dank zij Matthias
En dan te weten, dat u al deze spanning en al deze romantiek uit het Wilde Westen te danken hebt aan een jongetje uit Berlijn. Zijn naam: Matthias Wendlandt. Een van de twee kinderen van de Berlijnse filmproducent Horst Wendlandt 8. Toen Matthias een jaar of negen was – hij is nu dertien – was hij dol op Karl May boeken en alles wat met Indianen en cowboys te maken had. „Je moet eens „Winnetou” of „Old Shatterhand” gaan draaien” zei hij tegen zijn vader, een advies waar deze eerst helemaal geen oren naar had. Toch vergat hij de woorden van zijn zoon niet: hij zag hoe deze opging in Indianenspelletjes, samen met veel vrienden en vriendinnetjes en voorzichtig informeerde hij of zij ook graag eens een Karl May film zouden willen zien. Loeiend enthousiast waren ze!
Nóg was de heer Wendlandt niet overtuigd.
Pas toen hij in boekwinkels had gezien dat er rijen Karl Mayboeken over de toonbank gingen, zwichtte de filmproducent. Hij vloog naar Joegoslavië, dat „woest” genoeg was om als het Wilde Westen te dienen, en sloot een contract met het Staatsfilmbedrijf in Belgrado. Dit zou zorgen voor paarden, Indianen, kledingstukken, enz.
Daarna begon het moeilijkste: het kiezen van de acteurs. Lex (Tarzan) Barker 9 werd Old Shatterhand en de Franse acteur Pierre Brice tenslotte was bereid de Winnetou-rol op zich te nemen. Voor Old Surehand contracteerde Wendlandt later de knappe „cowboy” Stewart Granger en voor deze „Ölprinz” legde hij voor de titelrol beslag op de Duitse acteur Harald Leipnitz.
In 1962 begonnen de opnamen van de eerste Karl May film. Ze werd een groot succes! Spoedig volgde de tweede film en nu is de vijfde gemaakt. Het idee van zoonlief Wendlandt was dus nog niet zo dwaas.
Toch hebben de acteurs en actrices wel eens gewenst, dat hij zijn mond had gehouden.
Bijvoorbeeld als ze ’s ochtends om een uur of zeven, op weg naar de plaats van opname, met een kapotte auto op de onvoorstelbaar slechte weg bleven staan.
Of als ze, om een Joegoslavische feestdag in te halen, ’s zondags moesten werken. Of wanneer een verjaardag niet thuis gevierd kon worden, omdat er vertragingen bij de opnamen waren ontstaan, zodat niemand een dag gemist kon worden. Of wanneer de regen in deze „zomer” dag in dag uit op hen neerplensde. Of toen scènes, die op en in de rivier speelden herhaaldelijk overgedaan moesten worden, hetgeen betekende alsmaar weer in het ijskoude water van 8 graden Celsius duiken.

Bis, bis, bis ...
Op uw witte doek ziet het er allemaal zo aantrekkelijk uit. Stoere mannen, die een paar hulpeloze vrouwen en kinderen van een vlot op de rivier redden, brandende huifkarren, schurken, die net op tijd gegrepen worden enz.
Maar de werkelijkheid is wel heel teleurstellend.
Een film betekent een maandenlange aaneenschakeling van proberen, overdoen, weer voordoen, draaien, stoppen, anders doen, weer draaien, wijzigen, stoppen en weer overdoen. Deze film over de oliebaron vormt geen uitzondering. Mogen we u de agenda van één enkele opnamedag geven?
Zes uur: opstaan en klaarmaken voor de tocht naar het filmterrein. De afstand van Split naar dit terrein is dertig kilometer, maar men doet er bijna een uur over omdat de weg voor een groot gedeelte bijna onberijdbaar is. Na aankomst: schminken.
Om een uur of acht kunnen dan de opnamen beginnen. Camera’s rijden aan, technici schreeuwen en rennen heen en weer, lampen branden en make-up mensen doen nog een paar laatste verwoede vegen over bruingemaakte gezichten. „Paarden” luidt het bevel van regisseur Harald Philipp 10. Enkele paarden worden dichterbij gebracht. Twee zijn zo nerveus, dat ze eerst een tijdje heen en weer moeten lopen, om op hun gemak gesteld te worden.
Negen uur: alles is in gereedheid voor het eerste echte shot.
„Silence please!” Ieder zwijgt.
Stewart Granger loopt een paar stappen naar een paard waarop een figuur vastgebonden ligt.
Dan wordt de stilte onderbroken door een amechtig ia, ia – geroep van een ezel. Een boerenvrouw begrijpt niets van de boze gezichten, als ze met het lawaaierige dier rustig voorbijtrekt ...
„Over!”
De camera’s rijden terug, Granger krijgt nog een paar aanwijzingen, het „slachtoffer” wordt weer op het paard gehesen en een paar minuten later hetzelfde tafereel: Granger loopt weer dezelfde passen, pakt de man weer op, zwaait hem over zijn schouder en ... „Stop!” „Enough”.
Half tien: de voorbereidingen voor het volgende shot. De acteurs kunnen even een sigaretje roken, de make-up-mensen schieten weer naar voren, een dokter bekijkt de zwerende duim van Winnetou, een paar „ Indianen” maken een grapje.
„Een matras” wordt er gecommandeerd.
Uit een kar wordt een matras gehaald. Een paar mannen en de regisseur slepen het ding een tijdlang heen en weer tot hij tot tevredenheid van de laatste, op de goede plaats ligt.
De camera’s worden weer ingesteld, en de acteurs krijgen de laatste aanwijzingen voor deze scène: Old Surehand moet zijn menselijke last op de grond gooien, d.w.z. op de matras, die u (natuurlijk) niet te zien krijgt.
Tien uur: de opnamen van het neerwerpen van het slachtoffer kunnen worden gemaakt.
Kwart over tien: ze worden overgemaakt, want Old Surehand keerde zijn rug teveel naar de camera’s.
Half elf: de touwen, waarmee de bandiet vastgebonden is mogen los, want nu zijn Winnetou en opperhoofd Mokashi 11 aan de beurt voor een opname.
Terwijl Stewart Granger verderop een vriendschappelijk partijtje vechten weggeeft met zijn „prooi”, mompelt Mokashi enkele zinnen voor zich heen.
„Laat even horen,” vraagt de regisseur.
Hij zegt zijn rol-fragment op, wordt verbeterd, zegt het nog eens, en dan kan het er mee door.
Elf uur: eerste opname van de scène met Mokashi en Winnetou.
Twaalf uur: men is er nog mee bezig.
Half een: drie kwartier pauze. Lunchpakketten gaan rond en kinderen uit het gehucht vlakbij halen, om een paar centen te verdienen, bereidwillig flesjes bier en frisdranken.
Tegen half twee gaat men verder met de opnamen.
De bandiet ligt nu op de grond (de matras is weg), omgeven door Mokashi, Old Surehand en Winnetou.
Weer weerklinkt het „Silence please” en weer ...
Het wordt bijna vervelend.
Drie uur: men is nog met deze opnamen bezig.
Vier uur: er worden enkele paarden gehaald en de volgende scène wordt opgezet.
Vijf uur: „Silence please!”
Van vijf tot zes uur: een paar herhalingen.
En dan, om ruim zes uur: stop. Terug naar Split.
Een enerverende dag is voorbij. Meters film zijn er gedraaid. Op uw doek blijven er maar enkele seconden van over.





„Een film moet spectaculair en spannend zijn” zei Stewart Granger tegen uw verslaggeefster. Als om dat te bewijzen geeft hij in de film menig robbertje vechten weg (foto boven).
Eveneens spannend: een „vlottocht” op de rivier (linkse foto midden).
En huiselijk: Harald Leipnitz laat zijn baard fatsoeneren door Macha Meril. (foto midden rechts).


Eenzame Winnetou
Iemand verdwijnt wel eens voor een uurtje in zijn of haar caravan – elke acteur en actrice heeft op het terrein een kleine caravan – wanneer hij (zij) voorlopig niet „op” hoeft te komen.
Zo troffen we de aartsvijanden Winnetou en de „Oilprince” broederlijk vereend in de wagen van de eerste. Luisterend naar de bandopname van een plaat, die Pierre Brice kortgeleden in Duitsland maakte.
Het is een sentimenteel Duits liedje over een eenzame nacht ver van de liefste onder een hemel vol sterren. De titel: „Ich steh’ allein.”
„Ik kreeg zoveel fanmail uit Duitsland met de vraag of ze nu toch mijn stem ook eens mochten horen, dat ik tot deze opname kwam” vertelt Pierre Brice. „De films worden in Duitsland gesynchroniseerd en niemand hoorde ooit mijn stem. Dus ...”
„Winnetou” begon zijn carrière op negentienjarige leeftijd in Indo China. In zijn vrije tijd trad hij met zelfgewrochte toneelstukjes op voor zijn kameraden en dit beviel zo goed, dat hij na zijn terugkeer in het burgerleven in Parijs – zes jaar later – naar de toneelschool ging. In 1959 kreeg hij zijn eerste filmrol in een Italiaanse film. Daarna volgden vele andere rollen en in 1962 „Winnetou” in de eerste Karl May film. „Ik hou erg van dit soort films en van grappige films. Fijn als afwisseling. Mijn volgende film is een Franse, getiteld „Mariez les vivants.” Ook weer een „comédie.

„Het betaalt goed”
„Een film moet spanning hebben, moet groots zijn, zodat je je zorgen en verdriet even vergeet” vindt Stewart Granger. „Mijn moeder bijvoorbeeld, was bijna verslaafd aan de cinema! Tweemaal per week ging ze er heen en ik mocht mee. Fantastisch. Heldendom, romantiek, spanning! Ik deed het soms in de broek van angst en de helft zag ik niet omdat ik, als het te erg werd, mijn ogen dichtkneep, maar het was heerlijk!
In dat kleine theatertje in Londen kreeg ik waarschijnlijk de „stoot” voor mijn filmerij.
Of ’t een fijn beroep is? Ach, het verdient goed, maar verder ... U mag het gerust weten, ik doe het om eraan te verdienen. En dat doet iedereen. De mensen die de films maken, die erin spelen, allemaal. Ik heb plannen om zelf te gaan filmen, maar toen kwam het aanbod voor deze film en dan stel je je eigen plannen maar weer uit, want dit is weer mooi meegenomen ...”

Fijn boeverig!
Was voor sommigen de duik in het ijskoude rivierwater de grote beproeving bij deze filmopnamen, voor de Duitse acteur Harald Leipnitz was dit het paardrijden. In de film ziet u hem op een edel wit ros, als een volleerde ruiter.
De werkelijkheid: „Het is de eerste keer, dat ik op zo’n dier rijd. En het mooiste van het geval is, dat het nog goed gaat ook. Wil ik naar rechts, dan gáát het. ’k Verwonder mij er elke dag weer over. Pijnlijk was het wel de eerste dagen. Want je moet in „Western-style” rijden, dus je mag niet in de stijgbeugels rusten. Je moet meewiebelen.”
Vervelend om de boef uit te hangen?
„Integendeel. Ik vind het wel leuk. De mensen krijgen dan lekker zo’n hekel aan je. Zo van: die rotvent, die schurk!
Oostelijke Nederlanders kennen deze acteur wellicht uit de Francis Durbridge 12 serie op de Duitse t.v. „Die serie heb ik met zoveel plezier gespeeld. Fijn werk was dat. En ze is heel goed ontvangen. Ook in Nederland, dat weet ik van mijn familie. Ik ben n.l. voor een kwart Nederlander: mijn grootmoeder was Hollandse.”

Veel succes
Joegoslavië wordt door spottende Amerikanen wel het „Arizona van Europa” genoemd. Naast Duitse filmmaatschappijen werken er ook Italiaanse en Franse aan Indianenfilms. Om maar niet te spreken van de twee Joegoslavische staatsbedrijven.
„Het lijkt nergens naar” vinden de Amerikanen. De Indianen zijn niet echt, de paarden deugen niet, de kleding is verkeerd, de prairies zien er in werkelijkheid anders uit, enz. enz.
Ook op deze Karl May film van Horst Wendlandt zal wel weer de nodige Amerikaanse kritiek komen. Maar waarschijnlijk gaat het er ook weer mee als met haar voorgangers: na de kritiek komt de vraag of de film gehuurd kan worden om ook in de Amerikaanse bioscopen vertoond te worden ... ◼


[1]In: De Spiegel, 24 juli 1965.
[2]Pierre Brice (artiestennaam van Pierre Louis Baron le Bris, * 6 februari 1929 , † 6 juni 2015) was een Frans acteur, die in maar liefst elf van de zeventien grote Karl-May-verfilmingen in de jaren ’60 de rol van Winnetou speelde: „Der Schatz im Silbersee” (1962), „Winnetou, 1. Teil” (1963), „Old Shatterhand” (1964), „Winnetou, 2. Teil” (1964), „Unter Geiern” (1964), „Der Ölprinz” (1965), „Winnetou, 3. Teil” (1965), „Old Surehand, 1. Teil” (1965), „Winnetou und das Halbblut Apanatschi” (1966), „Winnetou und sein Freund Old Firehand” (1966) en „Winnetou und Shatterhand im Tal der Toten” (1968). Voorts speelde hij nogmaals de rol van Winnetou in de tv-series „Mein Freund Winnetou” (1980) en „Winnetous Rückkehr (1998) en trad hij een aantal malen op als gastacteur (uiteraard eveneens in de rol van Winnetou) bij de Karl-May-Spiele van Elspe en Bad Segeberg.
[3]Stewart Granger (artiestennaam van James Lablanche Stewart, * 6 mei 1913 , † 16 augustus 1993) speelde in een drietal Karl May-verfilmingen („Unter Geiern” (1964), „Der Ölprinz” (1965) en „Old Surehand, 1. Teil” (1965)) de rol van Old Surehand.
[4]Harald Leipnitz (* 22 april 1926 , † 21 november 2000) was een Duits acteur, hoorspel- en synchroonspreker; hij speelde in zo’n honderd films. In de verfilming naar Karl May „Der Ölprinz (1965) speelde hij de rol van oliekoning en in „Winnetou und sein Freund Old Firehandޮ die van de bandiet Silers.
[5]Antje Weisgerber (* 17 mei 1922 , † 29 september 2004) was een Duits actrice die tussen 1939 en 1999 in tientallen films en tv-series schitterde. Zij speelde een overtuigende Rosalie Ebersbach in de verfilming naar Karl May „Der Ölprinz”.
[6]Macha Méril (artiestennaam van Marie-Madeleine Gagarine, * 3 september 1940) is een Franse actrice, die vanaf 1959 te zien is in veel, voornamelijk Franse films; haar doorbraak kwam in 1964 met haar hoofdrol als Charlotte in „Une femme mariée” van Jean-Luc Godard (* 3 december 1930). Een jaar later speelde zj de rol van de wonderschone kolonistendochter Lizzy in de verfilming naar Karl May „Der Ölprinz”.
[7]Terence Hill (artiestennaam van Mario Girotti, * 29. Maart 1939) is een Italiaanse acteur, die o.a. speelt in de Karl May-verfilmingen „Winnetou, 2. Teil” (Lt. Robert Merril; 1964), „Unter Geiern” (Baker jr.; 1964), „Der Ölprinz” (Richard Forsythe; 1965) en „Old Surehand, 1. Teil” (Toby; 1965), alle nog onder zijn eigen naam. Later zou hij – onder de naam Terence Hill – wereldfaam verwerven als filmduo met Bud Spencer (artiestennaam van Carlo Pedersoli, * 31 oktober 1929 , † 27 juni 2016), o.a. in talrijke zogeheten spaghetti-westerns.
[8]Horst Wendlandt (geboren als Horst Otto Grigori Gubanov, * 15 maart 1922 , † 30 augustus 2002), was de producent van negen van de zeventien grote Karl-May-verfilmingen uit de jaren ’60: „Der Schatz im Silbersee” (1962), „Winnetou, 1. Teil” (1963), „Winnetou, 2. Teil” (1964), „Unter Geiern” (1964), „Der Ölprinz” (1965), „Winnetou, 3. Teil” (1965), „Old Surehand, 1. Teil” (1965), „Winnetou und das Halbblut Apanatschi” (1966) en „Winnetou und sein Freund Old Firehand” (1966) en talloze andere films, waaronder de vijf van Otto Waalkes.
[9]Lex Barker (voluit: Alexander Chrichlow Barker Jr., * 8 mei 1919 , † 11 mei 1973) was een Amerikaans acteur, die in vijf films furore maakte als Tarzan; in Europa was zijn eerste grote rol die van Robert – de verloofde van de vrouwelijke hoofdrolspeelster Sylvia (Anita Ekberg) – in de klassieker „La dolce vita” van Federico Fellini, alvorens hij optrad in maar liefst twaalf van de zeventien grote Karl-May-verfilmingen in de jaren ’60: als Old Shatterhand in „Der Schatz im Silbersee” (1962), „Winnetou, 1. Teil” (1963), „Old Shatterhand” (1964), „Winnetou, 2. Teil” (1964), „Winnetou, 3. Teil” (1965), „Winnetou und das Halbblut Apanatschi” (1966) en „Winnetou und Shatterhand im Tal der Toten” (1968); als Kara Ben Nemsi in „Der Schut” (1964), „Durchs wilde Kurdistan” (1965) en „Im Reiche des silbernen Löwen” (1965); als Dr. Sternau in „Der Schatz der Azteken” (1965) en „Die Pyramide des Sonnengottes” (1965).
[10]Harald Philipp (* 24 april 1921 , † 5 juli 1999) was een Duits acteur, regisseur en draaiboekauteur. Hij regisseerde twee van de zeventien grote Karl May-verfilmingen uit de jaren ’60: „Der Ölprinz” (1965) en „Winnetou und das Halbblut Apanatschi” (1966).
[11]Een rol van Mavid Popović (eigenlijk: Milivoje Popović-Mavid , * 12 september 1909 , † 5 juli 1994), een Joegoslavisch acteur, wiens bekendste rol die van Intschu-tschuna in „Winnetou, 1. Teil” was. Daarnaast speelde hij nog kleine rolletjes in „Old Shatterhand” (Lata Nalgut; 1964), „Der Schatz der Azteken” (Schwarzer Hirsch; 1965), „Die Pyramide des Sonnengottes” (Schwarzer Hirsch; 1965) en „Der Ölprinz” (Mokaschi; 1965). Bovendien speelde hij in zijn vaderland in tientallen films.
[12]Francis Durbridge (voluit: Francis Henry Durbridge, * 25 november 1912 , † 11 april 1998) was een Brits toneel- en hoorspelschrijver. Hij is vooral bekend van zijn twintigdelige hoorspelserie Paul Temple, die ook in Duitsland en Nederland als hoorspelserie werd uitgezonden, in Nederland is Paul Temple echter Paul Vlaanderen geworden. De Duitsers verfilmden ook een stuk of tien van Durbridges toneelstukken voor de televisie; in „Die Schlüssel” (1965) en „Die Kette” (1977) speelde Harald Leipnitz.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website