Gestapomethoden?

Pasquino 1

„WANNEER”, zo schreef de „Nieuwsbrief” 2 van 7 maart jl., „de marechaussees onder leiding van mr. Van Gilse 3 majoor K. 4 aan een paal hadden vastgebonden, hem met rode oker hadden ingesmeerd en vervolgens met bijlen gewapend een rondedans hadden uitgevoerd, dan zouden wij niet van Gestapomethoden gesproken hebben, maar van Indiaanse methoden, zoals beschreven door Aimard 5 of Karl May. Wanneer men hem echter gedurende een week opsluit in een hok, bestemd voor dronken soldaten, die hun roes moeten uitslapen, en hem vervolgens wekenlang in een kamer praktisch zonder daglicht onderbrengt, waarin hij al die tijd niet gelucht wordt, dan moet iedereen, die ooit gehoord heeft van de methoden, welke de geheime Staatspolizei toepaste, wel tot de conclusie komen, dat hier sprake is van Gestapomethoden”.
De heer Fabius 6 van de „Nieuwsbrief” is wegens dit artikel niet vervolgd en voor zover ik mij herinneren kan zijn de feiten betreffende de detentie van majoor K. ook onweersproken gebleven.
Evenmin werden de omstandigheden waardoor de politiële actie tegen de heer Fabius zelf gekenmerkt werd, ontkend. Hij is preventief gezet wegens „majesteitsschennis” – men nam hem in zijn onderbroek gevangen, men drong door tot in zijn slaapkamer en nam zijn hele administratie in beslag, die op zeldzaam onadministratieve wijze holderdebolder in een auto gedonderd werd – alles door elkander.
Wanneer nu de geschorste griffier van het Amsterdamse gerechtshof, mr. J. G. Reyers 7, met kennis van zaken opmerkt dat men om het delict majesteitsschennis vast te stellen, aan één exemplaar van het weekblad waarin de geïncrimineerde woorden afgedrukt waren genoeg had.... dat dus alles wat men hem verder aandeed op willekeur berustte.... acht hij het juist de beschuldiging van Gestapomethoden te handhaven.
Wat heeft de heer Reyers anders gezegd dan hetgeen reeds door ieder fatsoenlijk mens zo gevoeld werd en door geen politieautoriteit in feite is weersproken?
Wat heeft deze Justitiebeambtenaar verder gezegd dan dat men met een verouderd wetboek van strafrecht fatsoenlijk recht kan spreken, doch dat men met het modernste wetboek van Strafvordering nog van alles uitvoeren kan dat op. ... ja, eigenlijk op Gestapomanieren gelijkt?
En is het zo verwonderlijk dat justitie- en politieambtenaren, die onder vijf jaar bezetting hebben geleefd de sporen daarvan vertonen, wijl een groot deel van ons hele volk in normbesef en verantwoordelijkheidsgevoel geleden bleek te hebben? Hoe is er niet huis gehouden in onze concentratiekampen, waarin duizenden onschuldig leden en op welke vage gronden werden niet mensen (ja, zelfs doden) door tribunalen getroffen in goed en vrijheid en naam? Hoeveel sententies moesten er niet worden vernietigd en hoe weinig hadden vaak ere-raden met raad te doen en met eer?
Moet een mens, omdat hij zijn loonzakje haalt bij Justitie, als staatsburger zijn mond houden over de gerechtigheid? Ik heb door onafzetbare en onafhankelijke rechters vaak opinies gehoord over het optreden van lieden die het Openbaar Gezag uitoefenen, die lang niet mals waren. En die ik niet gaarne geuit zon hebben, daar ik, hoe voorzichtig en mild ik ook ben, het juiste aantal van de tegen mij lopende vervolgingen kwijt ben.
Het recht van de burger, zijn mening door de drukpers kenbaar te maken, is behoudens zijn verantwoordelijkheid voor de wet, in de grondwet verankerd.
Nou ja, verankerd?
Maar de wet is niet minister Samkalden 8 en wanneer de heer Reyers de wet heeft overtreden, dan is daar de burgerlijke rechter om dit te beoordelen en te straffen en de heer Samkalden moet dat dan maar rustig afwachten.
Mag men in dit land niet langer een kat een kat en Rolin 9 een „fripon” 10 noemen?


[1]In: De Telegraaf, 16 april 1958.
„Pasquino” (naar het beroemde „sprekende” beeld bij de Piazza Navona in Rome) was een pseudoniem van Johan Hendrik Jozef Luger (* 1887 , † 26 maart 1964), een journalist en columnist wiens columns tussen 1938 en 1945 en tussen 12 september 1949 en 26 maart 1964) pagina 3 van de De Telegraaf sierden.
[2]De Nieuwsbrief was een vanaf 1948, niet al te succesvol tijdschrift, uitgebracht door de Stichting Voorlichting Buitenland. Hoofdredacteur was Jan Fabius (zie noot 6).
[3]Mr. D.J. van Gilse (procureur-generaal bij het Gerechtshof in ’s-Gravenhage, advocaat-generaal bij het proces voor het Hoog Militair Gerechtshof tegen Majoor K. in april 1958.
[4]Majoor K.” (voluit: H. E. I. H. Koopman) was een ambtenaar bij het Directoraat Materiaal Landmacht (DML), die ervan werd beschuldigd steekpenningen te hebben aangenomen bij de aanschaf van ondeugdelijke legerhelmen. Majoor K. werd vrijgesproken.
[5]Gustave Aimard (pseudoniem van Olivier Aimard, * 13 september 1818 , † 20 juni 1883) was een Franse reiziger in Noord- Amerika, Spanje en Turkije en schrijver van avonturenromans. Beroemd zijn zijn „Les Trappeurs de l’Arkansas”, „Le Chercheur de pistes”, „La Fièvre d’Or”, „Les Chasseurs d’Abeilles”, „Le Cœur de pierre”, „L’Araucan”, „Les scalpeurs blancs”, „Par mer et par terre” en, samen met Jules Berlioz d’Auriac (* 9 juli 1820 , † 16 september 1913) geschreven, „Jim, l’Indien”.
[6]Jan Fabius (* 5 juli 1888 , † 30 juli 1964) was een Nederlands legerofficier, journalist en politicus. Hij was voor verscheidene bladen buitenlands correspondent in diverse brandhaarden, zoals in Bulgarije en Montenegro (1912/3), Albanië (1913), Tirol en de Karpaten (1916), de Sovjet-Unie (1919/20) en Japan (1933/9). In zijn „Nieuwsbrief” (zie noot 2) was hij de eerste Nederlandse journalist die het waagde om over de Greet Hofmans-affaire (Margaretha „Greet” Hofmans (* 23 juni 1894 , † 16 november 1968), was een Nederlandse alternatieve genezeres en handoplegster) te schrijven. Hij onthulde in 1957 ook de „helmenaffaire” (zie noot 4); in 1958 richtte hij de Partij van de Vrije Burgers op, waarmee hij in 1962 één zetel in de Haagse gemeenteraad bemachtigde.
[7]Mr. J. G. Reyers was griffier van het Amsterdamse gerechtshof, substituut-griffier bij het bij het proces voor het Hoog Militair Gerechtshof tegen Majoor K. in april 1958. Hij was degene die het optreden van de Haagse politiemacht tegen Majoor K. kwalificeerde als „Gestapomethoden”.
[8]Ivo Samkalden (* 10 augustus 1912 , † 11 mei 1995) was een Nederlands indoloog, hoogleraar agrarisch recht en politicus; van 1956 tot 1966 was hij namens de Partij van Arbeid minister van Justitie (1956-1958 en 1965-1966; op zijn voorspraak werd de oorlogsmisdadiger Willy Lages (* 5 oktober 1901 , † 2 april 1971) vrijgelaten), van 1959 tot 1960 lid van de Tweede Kamer en van 1960 tot 1965 lid van de Eerste Kamer; van 1967 tot 1977 was hij burgemeester van de gemeente Amsterdam.
[9]Nicolas Rolin (* ± 1376 , † 18 januari 1462) was kanselier van het Bourgondische rijk onder Filips de Goede (hertog van Bourgondië van 1419 tot 1467) en stichter van de Hospices de Beaune (Hôtel-Dieu).
[10]fripon is Frans voor: gauwdief, spitsboef, schelm, schavuit.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website