Graslitz (Kraslice): ![]() Aan het begin van de twaalfde eeuw was deze regio nog een onbewoond bosgebied, maar in 1185 wordt in een pauselijke bul van Lucius III een nederzetting in dit deel van het dal van de Zwodau vermeld: op instigatie van de monniken uit klooster Waldwassen kwamen Duitse boeren hiernaartoe. Pas in de 16e eeuw, toen hier koper, lood, tin en zilver werden gedolven, begon de nederzetting te groeien. In de tweede helft van de 18e eeuw ging de mijnbouw achteruit en de bevolking legde zich toe op het spinnen van katoen en het maken van muziekinstrumenten. Na de Tweede Wereldoorlog werden de Sudetenduitsers verdreven en hun vermogen werd op grond van Beneš-decreet 108 geconfisqueerd, zoals overal elders in Sudetenland. Daardoor liep het bevolkingsaantal drastisch terug. De instrumentenbedrijven werden samengebracht in het staatsbedrijf Amati en een aantal Duitsers werd verplicht om te blijven om het vak van instrumentenbouwer aan de hiernaartoe verhuisde Tsjechen en Slowaken te leren. Op 31 december 2024 had Graslitz, dat sinds 1948 Kraslice heet, 6432 inwoners, nog niet de helft van het aantal mensen dat hier in 1939 woonde. |
![]() |