Frankrijks groote politiek 1
_____

II.

DE LEIDING MAAKTE DE EVOLUTIE DOOR


EEN der grootste antithesen in het leven van elken mensch, is het eeuwigdurende conflict tusschen gevoels- en verstandsoverwegingen. Doch deze zelfde tegenstelling doet zich ook voor in het leven der volkeren, en thans vooral dringt zij zich sterk naar voren, zoo bijvoorbeeld in Frankrijk.
      Welke argumenten zouden er zijn, voor een Fransch staatsman, zooals Pétain bewezen heeft te willen zijn, om te saboteeren, om te blijven sympathiseeren met de Angelsaksen en het deelnemen aan de organisatie van het Groot-Europa op de lange baan te schuiven?
      Daar is het groote gevoelsargument. Frankrijk en Engeland hebben samen gevochten...... men kan zich niet keeren tegen den vroegeren bondgenoot. Hieruit zou dus volgen, dat men op een bepaald oogenblik, het welzijn van een geheel volk dient op te offeren aan dat van een ander volk op grond van een willekeurige moreele overweging, door dat andere volk zelf gesuggereerd. Menschen onderling kunnen zich dit wellicht veroorloven, doch dat staten dit onderling zouden doen is waanzin, en wordt dit des te meer, als blijkt, dat de eene staat zich in het geheel niet houdt aan zijn overeenkomsten en verlangt, dat de ander dit wel zal doen.
      Welke zijn de reëele argumenten, die pleiten voor een lijdelijk verzet der Franschen tegen het zich vormende Europa? Uiteindelijk zou dit alléén kunnen zijn een hoop op een Angelsaksische overwinning, waarna Frankrijk in zijn oude, holle glorie zou worden overeind geheschen.
      Nu is het zeer te betwijfelen, niet alleen, of de Fransche leiders gelooven aan een Angelsaksische, maar bovendien of zij hópen op een Angelsaksische overwinning.
      De geestelijke evolutie, waarvan wij in het eerste deel van dit artikel in ons blad van gisteren spraken, heeft zich ginds voltrokken. Uit de ervaringen, opgedaan in den veldtocht van 1940, - uit het objectief waarnemen van de gebeurtenissen van 1940 tot thans, zullen de Fransche leiders wel de conclusie getrokken hebben, dat een Angelsaksische overwinning steeds meer illusoir wordt. Dat niet alleen! Het wordt zelfs hem, die ziende blind is, duidelijk, dat Engelands macht dusdanig gering is, nog steeds, dat een inéénstorting van Duitschland, waarop men schijnt te hopen, als eenig gevolg kan hebben een bolsjewistische bezetting van geheel Europa binnen zeer korten tijd.
      Het denkbeeld, als zou Engeland bereid of in staat zijn, met een zegevierend bolsjewistisch leger af te rekenen, is dermate idioot, dat geen gezond denkend mensch dit ernstig kan opnemen.
      Het eenige, wat op een oogenblik, waarin men objectief de kansen gaat afwegen, zou kunnen en mogen tellen voor een staatshoofd is: Zou Engeland dezen oorlog winnen, dat wil zeggen: zal het bolsjewistische leger zegevieren, zal Engeland dan in staat zijn dezen helhond, waarmede het zich heeft verbonden, te keeren? Eén jaar heeft men in Frankrijk noodig gehad, om deze vraag te overwegen - om te vergroeien met het denkbeeld, dat Angelsaksische overwinning volkomen synoniem is geworden met „bolsjewistische overwinning.”.
      Men moest zich langzaam losmaken van gevoelsargumenten, van een sentiment van loyaliteit tegenover een oud bondgenoot, - van het sentiment van vijandschap tegenover den vroegeren vijand. Deze sentimenten verdwenen, toen bleek, en in breedere kringen begrepen werd, dat het Duitschland en Frankrijk zijn, die te zamen staan tegenover de dreiging van het bolsjewisme, - dat het niet Adolf Hitler was, die een va-banque politiek speelde, maar Churchill, die zich, gewild of niet, plotseling gebonden zag aan een bondgenoot, die in wezen evenzeer zijn vijand was als die van elke andere beschaafde natie.
      Men mag den tijd, die noodig is voor een dergelijke evolutie in denkwijze, niet onderschatten. In Nederland is deze evolutie nog steeds niet door allen gemaakt. In enkele jaren tijd moet de ingegroeide overtuiging van decennia worden omgebouwd...... 180 graden omzwaaien. Wat hecht leek, blijkt wankel en was solide was, onbetrouwbaar. Een geheel nieuw monument van inzicht moet worden opgebouwd.
      Dat gaat niet in enkele weken. Inzicht moet in den mensch rijpen. En dan is het nog slechts een klein percentage van het volk, dat deze evolutie vermag door te maken.........
      In Frankrijk is het nu zoover. Frankrijks leidende menschen hebben haar doorgemaakt. En Laval heeft ondubbelzinnig aangekondigd, dat Frankrijk een politiek zal voeren, die slechts Europeesch-Fransch is ingesteld.
      Welke consequenties dit zal hebben, kan men niet voorspellen. De zuivere consequentie dicteert de noodzaak van een zoo snel mogelijk terneerwerpen van bolsjewistisch Rusland, desnoods te zamen met de met Sovjet-Rusland verbonden strijdmachten. In hoeverre het Fransche volk, in al zijn geledingen, dit zal begrijpen, kunnen wij van hieruit onmogelijk beoordeelen.
      De politiek van thans zou kunnen eischen, dat de Fransche vloot, die nog steeds een aanmerkelijke sterkte heeft, tegen het bolsjewistische blok uit zou varen. Of dit geschieden zal, is afhankelijk van de mate, waarin de Fransche politiek naar buiten in materieel opzicht wordt ten uitvoer gebracht, en de mate, waarin het Fransche volk deze politiek zal kunnen begrijpen.

W. W. W.





[1]Artikel uit „De Residentiebode” (’s-Gravenhage , 30-04-1942).